A PDF file should load here. If you do not see its contents
the file may be temporarily unavailable at the journal website
or you do not have a PDF plug-in installed and enabled in your browser.
Alternatively, you can download the file locally and open with any standalone PDF reader:
https://link.springer.com/content/pdf/10.1007%2Fs41045-017-0051-8.pdf
Verruca seborrhoica of ouderdomswrat
Verruca seborrhoica of ouderdomswrat
0 Casuïstiek in de dermatologie deel 2 , J. Toonstra, A.C. Groot, ISBN 9789031384570
Ziektebeeld
De verruca seborrhoica of verruca senilis
(ouderdomswrat) is een goedaardige huidafwijking die op
volwassen leeftijd optreedt. De voorkeurslokalisaties
zijn de romp en het gelaat. Over de oorzaak tast men
nog in het duister. Mogelijk spelen zonlichtexpositie
en familiair voorkomen een rol. De wrat ligt boven
op de huid (in de epidermis) en kan vele vormen
aannemen. De afwijking is gepigmenteerd, maar van
niet-melanocytaire origine; de kleur ontstaat door
gepigmenteerde hoornstof. Meestal is het een ruw
aanvoelende, vlakke, papillomateuze huidafwijking
met een verruceus, vettig oppervlak. De grootte kan
variëren van millimeters tot enkele centimeters en
de kleur van geel-bruin tot bruin-zwart. Er kunnen
meerdere wratten tegelijk voorkomen.
In de differentiaaldiagnose van de verruca seborrhoica
staan naevus naevocellularis, verruca vulgaris, lentigo
senilis, actinische keratose, ziekte van Bowen, lentigo
maligna (ziekte van Dubreuilh), melanoom,
basalecelen plaveiselcelcarcinoom.
De verruca seborrhoica ontstaat bij mensen vanaf de
leeftijd van 30 jaar, voornamelijk bij individuen met een
blanke huid. Er kunnen verschillende redenen zijn om
met een ouderdomswrat naar de huisarts te gaan. De
patiënt wil weten wat voor huidaandoening hij heeft of
vindt de wrat cosmetisch bezwaarlijk. Daarnaast kunnen
veranderingen van aspect of ervaren klachten reden zijn
voor ongerustheid.
Diagnose
De huisarts vraagt wanneer de wrat is ontstaan, hoeveel
er zijn, of er veranderingen zijn van bijvoorbeeld kleur
en grootte. Verder vraagt de huisarts ook naar klachten
van bijvoorbeeld jeuken en bloeden, naar familiair
voorkomen en naar blootstelling aan zonlicht. Bij
diagnostische twijfel kan een dermatoscopie uitvoeren.
In de literatuur wordt wel beschreven dat een klinische
diagnose een beperkte nauwkeurigheid heeft.
Daarnaast blijkt uit onderzoeken dat in zeldzame
gevallen maligniteiten voorkomen in huidafwijkingen die
klinisch geduid werden als een verruca seborrhoica.
De huisarts staat dus voor het dilemma van enerzijds
onderdiagnostiek en onderbehandeling en anderzijds
overdiagnostiek en overbehandeling.
Behandeling
Wanneer de patiënt met een diagnostische vraag komt,
zal de huisarts na het stellen van de diagnose de patiënt
voorlichten en zo nodig geruststellen. Als de patiënt dit
wenst of bij diagnostische twijfel, zal de laesie
verwijderd worden. Op indicatie wordt histopathologisch
onderzoek gedaan. Behandeling kan plaatsvinden met
behulp van vloeibaar stikstof (cryotherapie), door
(shave)excisie of door wegschrapen met een scherpe
lepel (curettage). Bij diagnostische twijfel of
therapeutische problemen kan verwezen worden naar een
dermatoloog. De huisarts bespreekt met de patiënt dat het
om een benigne, veelvoorkomende aandoening gaat
en adviseert de gebruikelijke zonneprotectie. Wanneer
de patiënt eenmaal een verruca seborrhoica heeft, is de
kans groot dat er meer zullen volgen. De patiënt wordt
geïnstrueerd om bij verandering of klachten de
afwijking opnieuw te laten beoordelen door een huisarts. (...truncated)